De NOW: een overzicht van de belangrijkste kenmerken

Datum: april 3, 2020 Tags: werkgevers

Inmiddels heeft het kabinet de inhoud van de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW) bekend gemaakt en deze in haar kamerbrieven nader toegelicht. De NOW heeft als doel werkgevers via een subsidie te ondersteunen bij het zoveel mogelijk in dienst houden van hun werknemers. De NOW is op 1 april 2020 gepubliceerd in de Staatscourant en treedt op 2 april 2020 in werking.

Voor werkgevers is het nu de vraag of het ook daadwerkelijk loont gebruik te maken van de regeling. De NOW biedt enerzijds namelijk financiële verlichting, maar brengt ook een aantal verplichtingen met zich die consequenties voor uw bedrijfsvoering kunnen hebben. Het is vanaf maandag 6 april 2020 om 9.00 uur mogelijk om via deze link de NOW aan te vragen. 

Zoals in mijn eerdere blog beschreven, viel er nogal wat aan te merken op de inmiddels ingetrokken Regeling Werktijdverkorting (wtv-regeling). De NOW bevat drie grote verschillen ten opzichte van de wtv-regeling:

  1. De wtv-regeling was gekoppeld aan de WW-uitkering; de NOW is gekoppeld aan de loonsom.
  2. Bij de NOW wordt van de werkgever verwacht, bij gebruikmaking van de NOW, in de periode van 18 maart tot en met 31 mei 2020 bij UWV geen toestemming voor opzegging van de arbeidsovereenkomst(en) aan te vragen op grond van bedrijfseconomische redenen.
  3. Bij de NOW kan de werkgever een voorschot krijgen.

De NOW komt kort gezegd op het volgende neer: bij een omzetdaling van ten minste 20% over een aaneengesloten periode van drie maanden, wegens de verstrekkende maatregelen die de overheid heeft genomen vanwege de uitbraak van het coronavirus, ontvangt de werkgever een tegemoetkoming in de loonkosten van maximaal 90% naar rato van de omzetdaling. UWV zal de NOW uitvoeren. Ik licht toe.

VOOR WIE GELDT DE NOW?

De NOW ziet op de loonkosten van werknemers die in dienst zijn bij de werkgever en die verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen. Ook werknemers met een flexibel contract vallen hieronder.

De NOW is uitdrukkelijk van toepassing op de loonkosten van werknemers waarvoor geen loondoorbetalingsplicht geldt, zoals werknemers met een nulurencontract. Ook geldt de NOW voor payroll- en uitzendwerkgevers.

HOE HOOG IS DE SUBSIDIE?

Het voorschot op de subsidie bedraagt 80% van:

% verwachte omzetdaling x loonsom januari 2020 x 3 x 1,3, x 0,9

De subsidie wordt als volgt berekend:

% werkelijke omzetdaling x loonsom 1 maart t/m 31 mei 2020 x 1,3 x 0,9

In een formule komt dat neer op A X B X 3 X 1,3 X 0,9, waarbij factor A staat voor het percentage omzetdaling en factor B staat voor de totale loonsom dat de werkgever heeft betaald, waarbij een maximum loon per werknemer geldt van EUR 9.538 bruto per maand. Er geldt een opslag van 30% (factor 0,3) voor pensioenpremies, vakantiebijslag en andere kosten.

Het percentage van 90% wordt uitbetaald bij een omzetdaling van 100%. De subsidie wordt evenredig lager bij een lagere omzetdaling. Bijvoorbeeld, een omzetdaling van 50% geeft recht op een subsidie van 45% (50% van 90%) van de loonsom.

Het percentage van 90% wordt uitbetaald bij een omzetdaling van 100%

BEGRIP ‘OMZET’

De omzetdaling van minimaal 20% moet zich voordoen over een aaneengesloten periode van drie maanden, waarbij de werkgever zelf de startdatum mag kiezen. De startdatum is 1 maart, 1 april of 1 mei 2020.

De omzetdaling in de gekozen driemaandsperiode wordt vergeleken met de gerealiseerde omzet van januari t/m december 2019, gedeeld door vier.

In geval van een concern geldt de omzetdaling op concernniveau. De subsidie dient echter per werkgever (per loonhefffingsnummer) te worden aangevraagd (en toegekend).

Voor de omzet wordt de omzet volgens het jaarrekeningenrecht bedoeld. De bedoeling is aan te haken bij de methode zoals in het verleden al eerder in de jaarrekening toegepast, zodat een bestendige methode ontstaat. Als er geen jaarverslag is, geldt de omzet uit de aanslag IB.

Overigens worden verkregen subsidies en andere bijdragen uit publieke middelen, zoals bijvoorbeeld het geval is bij scholen en culturele instellingen, gelijkgesteld met omzet.

Voor sommige bedrijven pakt deze berekening nadelig uit, zoals bedrijven die juist in de huidige maanden hun piek hebben (zoals de Keukenhof). Ook start-ups, scale-ups en andere snelgroeiende bedrijven zullen geen aanspraak kunnen maken op de loonsubsidie.

BEGRIP ‘LOONSOM’

De loonsom waarover de subsidie wordt berekend betreft de periode maart t/m mei 2020, ook als wordt gekozen voor een latere startdatum van te verwachten omzetdaling.

Voor het loon wordt uitgegaan van het Sv-loon.

TERMIJNEN

De NOW kan vanaf maandag 6 april om 9.00 uur worden aangevraagd.

Als positief wordt beslist op de aanvraag, beoogt UWV binnen 2-4 weken de eerste termijn van het voorschot uit te keren. Het voorschot wordt in maximaal drie termijnen uitgekeerd.

De (beoogde) beslistermijn van UWV bedraagt 13 weken, gerekend vanaf de datum van ontvangst door UWV van de volledige aanvraag.

De werkgever dient binnen 24 weken na afloop van de periode waarover de subsidie is toegekend vaststelling van de subsidie aan te vragen. Er wordt nog bekend gemaakt voor welke situaties een accountantsverklaring vereist is.

Binnen 52 weken na ontvangst van deze aanvraag zal UWV de definitieve subsidie vaststellen.

AFREKENING

Bij de afrekening kan sprake zijn van een aanvullende subsidie als het omzetverlies groter bleek.

Ook kan sprake zijn van een terugvordering als het omzetverlies lager is uitgevallen.

Als de gemiddelde loonsom over maart, april en mei 2020 hoger is dan in januari 2020, leidt dit niet tot een hogere subsidie.

Let op: Als de gemiddelde loonsom over maart, april en mei 2020 lager is dan in januari 2020, bijvoorbeeld omdat minder flexibele werknemers worden ingezet, dan volgt een soort boete voor de werkgever bij de uiteindelijke subsidietoekenning.

De loonkosten die de werkgever zichzelf namelijk heeft bespaard, worden verhoogd met 30% vanwege het forfaitaire bedrag aan werkgeverslasten (zoals bedoeld voor pensioenpremie en vakantiebijslag) en daar wordt 90% over berekend. Het totaal van deze som strekt vervolgens in mindering op het uiteindelijke subsidiebedrag.

Bij gebruikmaking van de NOW gelden verschillende verplichtingen voor de werkgever

BELANGRIJKSTE VERPLICHTINGEN VOOR DEELNAME

De werkgever heeft een inspanningsverplichting de loonsom zoveel mogelijk gelijk te houden, dus ook door contracten voor bepaalde tijd.

De werkgever dient in de periode van 18 maart t/m 31 mei 2020 geen verzoek bij UWV te doen voor toestemming om de arbeidsovereenkomst(en) op te zeggen wegens bedrijfseconomische redenen.

Let op: als de werkgever in de periode 18 maart tot en met 1 april 2020 een ontslagaanvraag doet, hij een subsidieaanvraag indient en hij de ontslagaanvraag niet (tijdig) intrekt, wordt de subsidie verlaagd met 50%, berekend over de loonsom van de werknemers voor wie toestemming tot opzegging is aangevraagd. Het uiteindelijke subsidiebedrag wordt verminderd met het loon over januari van deze werknemers x 1,5 x 3 x 1,3 x 0,9. Het is hierbij irrelevant of UWV de ontslagaanvraag toekent of afwijst.

Een ontslagaanvraag ingediend in deze periode kan tot en met 9 april 2020 worden ingetrokken zonder oplegging van een sanctie.

Op een ontslagaanvraag die bij UWV is ingediend om bedrijfseconomische redenen in de periode tot en met 17 maart 2020 wordt dus geen sanctie toegepast.

Als de werkgever op of na 2 april 2020 een ontslagaanvraag wegens bedrijfseconomische redenen indient, dan zal UWV bij de beoordeling daarvan de NOW meewegen. Dat betekent dat de werkgever bij de ontslagaanvraag aannemelijk zal moeten maken dat (en waarom) de NOW in zijn geval geen voor de hand liggende oplossing zou bieden.

De werkgever is verplicht de subsidie volledig aan te wenden voor het betalen van de loonkosten. De subsidie mag dus niet voor andere zaken worden gebruikt.

De werkgever is verplicht de ondernemingsraad, de personeelsvertegenwoordiging of bij ontbreken daarvan de werknemers, te informeren over de subsidieverlening.

De werkgever heeft de verplichting het onverwijld mee te delen als duidelijk is dat hij niet langer aan de vereisten voor de subsidie voldoet. Let op: de Belastingdienst en UWV wisselen gegevens uit ter verificatie van de door de werkgever verstrekte informatie.